Toezicht en handhaving onder een vergrootglas?!

Toezicht en handhaving onder een vergrootglas?!

In opdracht van de gemeente wordt iedere locatie voor kinderopvang jaarlijks geïnspecteerd door een toezichthouder van de GGD. Daarbij is een gemeente bevoegd te handhaven bij overtredingen. Zo is het nu geregeld.

Maar het bestaande stelsel van toezicht en handhaving is onlangs met verschillende onderzoeken nader bekeken.

De aanleiding hiervoor wordt door de Minister als volgt omschreven: “De uitvoering van toezicht en handhaving is nu decentraal belegd. Onvermijdelijk leidt een decentraal toezichtstelsel tot verschillen in keuzes en werkwijzen van toezichtspartijen. Zo lang voor die verschillen goede redenen zijn, is dat geen probleem. Uit eerder onderzoek en signalen uit het veld kwam echter naar voren dat verschillen niet altijd goed uitlegbaar zijn. Bijvoorbeeld omdat toezichthouders regelgeving verschillend interpreteren.”

Vanuit dit onderzoek worden verschillende aanbevelingen gedaan. Duidelijk is wel dat vooral “uniformiteit” in het toezicht en de handhaving belangrijk wordt gevonden.

Zo is er het voornemen om de uniformiteit te bevorderen. GGD GHOR Nederland heeft in de afgelopen periode al acties uitgezet om de uniformiteit van het toezicht te bevorderen door bijvoorbeeld richtlijnen en het organiseren van afstemming tussen GGD’en.

De komende periode wordt met de toezichtspartijen gekeken hoe verdere uniformiteit gerealiseerd kan worden. Benieuwd naar jouw gemeente? Wil je weten of je gemeente door de onderwijsinspectie is onderzocht en welke status je gemeente heeft: Dat kun je hier lezen

Waar let een Toezichthouder van de GGD op?

In de Wet kinderopvang (Wko) staat dat een houder van een kindercentrum verantwoorde kinderopvang aan moet bieden: opvang die bijdraagt aan een goede en gezonde ontwikkeling van het kind in een veilige en gezonde omgeving.

Dus de toezichthouder kijkt, toetst en beoordeelt: draagt de kinderopvang bij aan de persoonlijke en sociale ontwikkeling van het kind? Hoe is de veiligheid van de kinderen gewaarborgd? En hoe is het gesteld met de binnen- en buitenruimtes? GGDGHOR legt uit waar een toezichthouder kinderopvang zoals op let, lees dat artikel hier verder.

Wil je zelf meer kennis van wet- en regelgeving, inzicht in het werk van de toezichthouder kinderopvang? Of overweeg je zelf een carrière-switch en wil je misschien toezichthouder kinderopvang worden? Neem dan deel aan een van onze opleidingen over wetgeving kinderopvang.

Nog een stelselwijziging op komst?

Naast de ontwikkelingen richting “gratis” opvang en bijpassend stelsel voor directe financiering, wordt ook het stelsel voor toezicht en handhaving op de kinderopvang tegen het licht gehouden. Je las hierboven al over de jaarlijkse monitoring en het vergelijkende onderzoek hiernaar. Maar in het tweede kwartaal van 2024 is mede op basis daarvan een verdiepend onderzoek uitgevoerd naar de wijze waarop het toezicht en de handhaving op de kinderopvang is georganiseerd. De Minister laat daarbij het volgende weten: “Eerder onderzoek heeft laten zien dat het huidige stelsel behoorlijk functioneert maar ook beperkingen kent. Zo zijn de mogelijkheden voor landelijke sturing beperkt en ervaren houders van kinderopvangorganisaties verschillen in de uitvoering van toezicht en handhaving. Ik maak me zorgen over deze beperkingen en vraag me af of het huidige stelsel toereikend is voor eventuele succesvolle invoering van principe gestuurde regulering en of er structurele verbeteringen nodig zijn.”

De belangrijkste uitkomsten uit dit onderzoek zijn:

  1. De onderzoekers hebben vier stelselvarianten verkend die verschillen op de as van centraal en decentraal toezicht. Op basis van het beoordelingskader komt naar voren dat elke stelselvariant voor- en nadelen kent.
  2. Tegelijkertijd doen de onderzoekers voorstellen om het huidige stelsel te verbeteren, bijvoorbeeld door het toepassen van houdertoezicht, een differentiatie in het normenkader naar type houders en het versterken van de interne kwaliteitscontrole.
  3. De sector is op dit moment nog niet klaar voor de invoering principe gestuurde regulering. Open normen kunnen, door de prikkels in een marktsysteem, te veel ruimte bieden om de onderkant van de kwaliteitsgrens op te zoeken.
  4. De sector is te divers en gefragmenteerd om centrale kwaliteitsborging goed te kunnen organiseren. Daarnaast bestaat binnen de sector behoefte aan duidelijke normen zodat men zeker weet dat ze het juiste doen.

Ook dit onderzoek levert input voor een verdere verbetering of wellicht zelfs aanpassing van het stelsel voor toezicht en handhaving op de kinderopvang. Hoe, wat, wie en wanneer is nog zeker niet duidelijk, maar dit wordt ongetwijfeld vervolgd.

Het volledige onderzoeksrapport kun je hier lezen.

Informatie

Laatst bijgewerkt

28 maart 2025

Onderwerp

Auteur

Jessie Vogelsangs

Bekijk ook ...